- adresseren
- {{adresseren}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [van een adres voorzien] écrire une adresse (sur)♦voorbeelden:1 een brief vergeten te adresseren • oublier de mettre l'adresseII 〈wederkerend werkwoord; zich adresseren〉1 [zich wenden] s'adresser (à)
Deens-Russisch woordenboek. 2015.